Het Evangelie is van de twee (Juda) naar de tien stammen (Efraïm) gegaan, waaruit de Gemeente voortkwam. De boodschap over Christus viel bij de Joden in feite in verkeerde aarde, maar bij het andere – inmiddels naar het westen getrokken – deel van Israël wel goed. Dat was in het Oude Testament al voorzien en met zijn zogenoemde zendingsreizen trad Paulus, de ‘Christus de Schriften’ predikend, als het ware in het voetspoor van die tien. Uit het door Israëlieten gestichte Troas vertrokken er velen onder meer naar Brittannië en het christendom veranderde de voorheen door de duivel beheerste Keltische cultuur. Bij de Joden werd, overeenkomstig het Oude Testament, jaloersheid gewekt door Efraïm. Het eerstgeboorterecht gaat naar de uit dat deel van het volk Israël voortgekomen Gemeente van Christus, een hemels volk, dat geacht wordt als de gelovigen in Berea de Schriften te onderzoeken. De beloofde toekomst van Israël is aards.
“Onderzoekt de Schriften, de zijn het die van Mij getuigen.”